image.jpg

Circuit Moneuse: de overval op de ontvanger van Belle-Vue - Dour

Per fiets ,  Te voet in Mons
6.6 km
Te voet
2h
Gemiddeld
6.6 km
Per fiets
1h
Gemiddeld
  • Met dit traject treedt u in de sporen van Antoine-Joseph Moneuse, de beruchte schurk en kapitein van de “Chauffeurs du Nord” (verwarmers van het noorden).

    Ook Dour speelt een belangrijke rol in het tumultueuze leven van Moneuse. We staan even stil bij de overval op Joseph-François Delhaye, de ontvanger van de koolmijn van Belle-Vue in Élouges.

    Tijdens deze wandeling kunt u door het bos van Cocars trekken en zijn kapel zien, die de schuilplaats vormde van de schurk. Tijdens de tocht verlaat...
    Met dit traject treedt u in de sporen van Antoine-Joseph Moneuse, de beruchte schurk en kapitein van de “Chauffeurs du Nord” (verwarmers van het noorden).

    Ook Dour speelt een belangrijke rol in het tumultueuze leven van Moneuse. We staan even stil bij de overval op Joseph-François Delhaye, de ontvanger van de koolmijn van Belle-Vue in Élouges.

    Tijdens deze wandeling kunt u door het bos van Cocars trekken en zijn kapel zien, die de schuilplaats vormde van de schurk. Tijdens de tocht verlaat u even het Parc Naturel des Hauts-Pays om langs wegen, steegjes en RAVeL-paden door Dour en Élouges te wandelen of te fietsen.

    Geniet van uw wandeling en let goed op.. De bandieten liggen op de loer.

    Dit traject werd uitgestippeld door het Parc Naturel des Hauts-Pays

    Illustraties Claude Renard.
  • Hoogteverschil
    61.5 m
  • Documentatie
    Met GPX / KML-bestanden kunt u de route van uw wandeling naar uw GPS exporteren (of ander navigatieprogramma)
Bezienswaardigheid
1 Église Saint-Martin (Sint-Martinuskerk) in het centrum van Élouges
Deze kerk is een kopie van de originele kerk die in 1432 op dezelfde plek gebouwd werd door de abt van Crespin en die in 1856 vernietigd werd.

De eerste steen werd gelegd op 10 juni 1856, waarna de nieuwe kerk op 12 oktober 1857 werd gezegend.

De grot van Onze Lieve Vrouw van Lourdes bevindt zich links van het gebouw.

Bronnen: http://doyenne-dour.be
eglise saint martin copie.jpg
2 Deurwaarder Fulgence Stiénon
Dit verhaal begint op een oktoberdag in 1796. De kerkklokken van Élouges slaan acht keer. Deurwaarder Fulgence Stiénon vervolgt zijn weg vanuit het huis van zijn vriend Louis Ransart. Hij was op doortocht in Dour tijdens een zakenreis naar Landrecies, Valenciennes en Quiévrain. Dour vormde zijn laatste tussenstop voordat hij terug zou keren naar zijn kantoor in Mons.
3 Het vallen van de nacht
De nacht valt over Élouges. Het zou een zachte nacht worden voor de tijd van het jaar. Geen wolkje aan de lucht. Toch is de deurwaarder niet geheel gerust. Hij weet namelijk dat hij straks door het bos van Cocars zal moeten. Hij heeft uiteraard ook al horen spreken over de bendes die in de streek actief zijn.
0.jpg
4 Les Chauffeurs du Nord
De feiten spelen zich af tijdens een bewogen periode. De grenzen verschuiven in functie van de overwinningen en nederlagen van de Franse en Oostenrijkse troepen. Na de Franse Revolutie (1789) komt België in handen van Oostenrijk (1793) om nadien opnieuw bij Frankrijk te worden ingelijfd (1794). Een periode met grote hongersnood. Het volk moppert en er geschiedt amper gerecht.

Tegen deze achtergrond zien dievenbendes het levenslicht in de regio. Een van de meest beruchte bendes zijn de Chauffeurs du Nord (de verwarmers van het noorden). Het verhaal gaat dat ze de voeten van hun slachtoffers in brand staken om zo te ontlokken waar ze hun schatten verborgen hielden. Volgens de legende leidde een zekere Antoine-Joseph Moneuse deze bende.
2.jpg
5 Moneuse
De geruchten wezen namelijk Moneuse als schuldige aan voor de slachtpartij van la Houlette die een jaar eerder bij Roisin plaatsvond. Toch was hij vrijgesproken voor deze gebeurtenis, die aan 9 personen het leven kostte. De zaak blijft evenwel in ieders hoofd.
image.jpg
6 Uitkijkplaats
U bevindt zich hier op de oude spoorweg, waar vandaag lijn 98 van de RAVeL loopt. Vanop deze hoogte kunt u het hele dorp overschouwen. Aan uw rechterkant ziet u de Sint-Martinuskerk van Élouges-Monceau (ontheiligd in 2014). Het is vrij uitzonderlijk dat een dorp twee kerken telt.
eglise monceau.jpg
7 La roulotte théâtrale
De theatervereniging Roulotte Théâtrale ontstond in Leuven en trok vervolgens naar Brussel. Hier maakte ze sociaal geïnspireerde voorstellingen.

Sinds 1986 bevindt Roulotte Théâtrale zich in deze woning in Élouges, waar de schuur wordt omgetoverd tot de theaterzaal “La Grange” (de schuur).

Het gezelschap wil het regionale erfgoed in waarde herstellen aan de hand van voorstellingen, cabaretshows en verschillende evenementen.

Moneuse kan natuurlijk niet ontbreken in dit erfgoed en in 1997 wordt dan ook een stuk aan hem gewijd.

Contact: 065/65.55.92
GIF-LOGROULOTTE..jpg roulotte troupe.jpg roulotte.jpg
8 Moneuse: het theaterstuk
Roland Thibeau is de oprichter van de Roulotte Théâtrale en auteur van het theaterstuk dat aan de schurk gewijd was. In de videoboodschap legt hij u zijn keuze uit, alsook de manier waarop hij naar het personage kijkt.
0.jpg
9 Het bos van Cocars
Een half uur na zijn vertrek op het marktplein van Élouges, bereikt deurwaarder Stiénon de rand van het bos van Cocars. Hij moest er wel nog door zien te geraken. Hij bestijgt zijn paard en trekt naar het pad.
IMG_0115.jpg
10 Kapel van Notre-Dame de Cocars
De site van Cocars is ongetwijfeld de bekendste plek van Élouges.

Van het eens zo vermaarde schoolgebouw blijft vandaag nauwelijks iets over. 150 à 200 leerlingen, zelfs afkomstig uit Doornik, Lens en Mons kwamen hier naar school. Men gaf er catechese, lezen, rekenen, de basis van Latijn, geschiedenis, aardrijkskunde, schrijven en zelfs een speciaal bastaardschrift. Het gehucht had een eigen grammatica, getiteld “Franse grammatica gebruikt in het gehucht van Cocars”.

In 1851 wordt de school van het gehucht afgebroken, al is het onduidelijk of de lessen er ook op dat moment stopten. De kapel van Cocars is het enige restant van het gehucht.

Kapel van Cocars:

In 1837 werd het bij de parochie van Dour gevoegd op vraag van de familie De Royer (burgemeester van Dour), die er haar familiegraf wou vestigen. Alhoewel de kapel zich op grondgebied Élouges bevindt, valt ze onder het gezag van Saint-Victor de Dour. Het huidige renaissance-gebouw is rechthoekig en het koor bestaat uit een halve cirkel. Ze bestaat uit bakstenen en is gebouwd op de steenresten van een oude constructie. Onder de kapel bevindt zich de crypte met de stoffelijke resten van de familie De Royer. Vandalen hebben het graf verschillende keren geschonden in de hoop er goud en sieraden aan te treffen. Sindsdien is de crypte beveiligd met een ijzeren poort.

Initieel vond er op de eerste maandag van de Vasten een mis plaats, die verplaatst werd naar 25 maart, het begin van de festiviteiten van de “vijgenducasse”. Uit verschillende dorpen kwam men naar deze kermis, waar het bier rijkelijk vloeide. Sinds een paar jaar is er een nieuw evenement van deze ducasse, die nu op 15 augustus plaatsvindt. Met een kinderzegening en volksspelen probeert men dit lokale feest zijn uitstraling van vroeger terug te bezorgen.

Bronnen: http://www.communedour.be
chapelledeCocars.JPG
11 Een kwalijke ontmoeting
De deurwaarder besluit om bij het gehucht van Cocars een kortere weg naar Dour te nemen. Plots hoort hij een stem: “Wie is daar?” Een individu komt tevoorschijn uit het struikgewas. De deurwaarder vertrekt snel in galop. Hij voelt een kogel langs zijn hoofd zoeven.
12.jpg
12 Een mysterieuze onbekende
De deurwaarder Stiénon was al een paar honderd meter ver gevlucht. Blijkbaar had niemand hem gevolgd. Bij de rand van het bos besluit hij wat af te remmen. Plots staat hij oog in oog met een ruiter met een kap op. Stiénon vertelt hem wat er gebeurd is: “Volgens mij is het het leger!”, vertelt hij. De onbekende persoon barst uit in lachen. De deurwaarder voelt zich steeds minder op zijn gemak. Op dat moment ziet hij dat de ruiter twee vuurwapens, een zwaard en een dolk aan zijn riem draagt. Stiénon slaat in paniek en vlucht opnieuw.
15.jpg
13 Vragen zonder antwoord
Deurwaarder Stiénon zou zich deze avond nog lang herinneren. Wie was die man? Was het de alom beruchte Moneuse? Misschien gebruikten de Chauffeurs du Nord het bos en het gehucht van Cocars als schuilplaats en als uitvalbasis. Hij werd overmand door zorgen. Een ding stond vast: er stond hem iets te wachten.
14 Veilig en wel
Eindelijk bereikte deurwaarder Stiénon zijn bestemming, de herberg van de Point du Jour in Dour. Niemand zou te weten komen wat hij had meegemaakt. Men zou gelachen hebben en zeggen dat hij samen met zijn vriend Louis te diep in het glas had gekeken. Enkele dagen later echter hoort hij wat er gebeurd is met de familie Delhaye, de ontvanger van de koolmijn van Belle-Vue. Op dat moment heeft hij spijt dat hij niemand heeft verwittigd.
15 Het oude station van Dour
In 1872 wordt het spoor en de spoorweg van Dour ingehuldigd en in gebruik genomen. Hierdoor kunnen steenkolen, landbouwproducten en nog tal van andere producten uit de streek vervoerd worden, maar ook grensarbeiders die op hun werk moeten geraken. De spoorweg verbond Élouges met Mons en Roisin, maar ook met Frankrijk. Voor de treinpassagiers was er vlak bij het station een hotel waar men tijdens een reis enkele nachten kon verblijven.

Het station van Dour wordt in 1980 afgebroken. De in onbruik geraakte spoorweg maakte uiteindelijk plaats voor de aanleg van een RAVeL-route. Dit wordt lijn 98a, naar analogie met de spoorweg. Deze RAVeL-route loopt langs de ene kant door tot Mons en langs de andere kant tot Quiévrain en Roisin.
Gare_de_dour.jpg
16 Dour als industrieel centrum
In de middeleeuwen was Dour landbouwgebied. Echter ontstonden er nadien tal van verschillende industrieën, waaronder de koolmijnindustrie zonder twijfel de meest indrukwekkende vormde.

Moneuse heeft de opkomst van de koolmijnen trouwens zelf meegemaakt en zou vanaf midden 18de eeuw het aantal mijnen in de streek zien uitbreiden.

De mijnwerkers zouden door de mijnrampen een hoge tol betalen, zoals de rampen van 1761, 1777, 1793, 1852, 1865, 1875, 1888 en 1891.

Deze industriële geschiedenis heeft het landschap tot op vandaag hertekend. Waarvan getuige het grote aantal terrils die de horizon tekenen. Rechts van u ziet u trouwens de Sint-Antoniusterril.

Bron: Wikipedia.
puits machine +á feu.jpg
17 Site van Belle-Vue
Deze plek ontstond begin jaren 1830 en werd in 2014 omgevormd tot hoofdkantoor van de politiezone van de Hauts-Pays. Bij haar ontstaan diende het als “Grands Bureaux” van de koolmijn van Belle-Vue. Toch werden op dat moment (1796) al lang kolen ontgonnen. Joseph-François Delhaye was hier ontvanger.
1.jpg
18 Joseph-François Delhaye
De 40-jarige Joseph-François Delhaye was afkomstig uit Valenciennes. Als ontvanger had hij een grote verantwoordelijkheid en moest hij omgaan met grote bedragen op naam van de koolmijn waarvoor hij werkte. In deze tijden van rampspoed vormde hij dan ook een gedroomd doelwit. De foto hierbij toont een toegangsticket van de winkel uit augustus 1817.

De foto behoort toe aan de huidige eigenaars van het huis van de familie Delhaye, dokter Jacques Dutrieu en Maryse Hallez op de Rue de Belle-Vue 13 in 7370 Dour.
P1010562.JPG
19 De verkenning
De woning van de familie Delhaye ligt iets verderop in de straat. Ontvanger Joseph-François woont er samen met zijn echtgenote Marie-Philipine Cheminais, hun twee kinderen, de grootvader van 85 jaar en een jonge dienster. Op 22 oktober 1796 klopt een onbekende aan bij het huis van de familie Delhaye. Vader Delhaye opent de deur. Tegenover hem staat een onbekende met een grote stok. “Ik ben de weg kwijt. Kunt u me de kortste weg naar Quiévrain tonen?”, zo vraagt de man.

De 85-jarige bewoner wijst hem vriendelijk de weg, waarop de onbekende persoon hem bedankt en zijn weg verderzet. Echter neemt hij aan het einde van de weg, tot grote verbazing van de oude Delhaye, de andere richting.

In het schrikklimaat van destijds werden dergelijke zaken snel doorverteld en werd alarm geslagen. Tegen de avond had iedereen dan ook zijn deuren dichtgetimmerd. De nacht verloopt rustig en de dag erna was iedereen de onbekende met de stok vergeten. Voor de familie Delhaye stond het ergste echter nog te wachten... Tijdens het volgende traject komt u er meer over te weten bij hun woning.
20 Inbraak
Twee dagen verstrijken na het vreemde bezoek van de onbekende met de stok. We schrijven de nacht van 24 op 25 oktober 1796. Een rustige nacht. Zo lijkt het toch...

Plots wordt de woning van de Delhayes omsingeld door mannen. Ze bevinden zich al snel op de koer. De hond merkt hun op. Delhayes echtgenote wordt wakker van het geblaf en rept zich naar het venster. Ze ziet een fakkel. Ze slaakt een kreet en wekt haar echtgenoot en de dienster die boven slaapt. Ondertussen hebben de onbekenden een ruit ingeslagen en zijn ze al in het gelijkvloers binnengedrongen.

Man en vrouw Delhaye worden snel vastgebonden. De dienster draait haar kamerdeur tweemaal op slot. De grootvader wordt al slapend naast zijn bed gelegd.

Beide kinderen worden tussen het koppel geplaatst. De leider van de bende dreigt ermee om de bewoners te verbranden tenzij ze de plaats van de huissleutels en van hun bezittingen aanwijzen. Delhayes vrouw is razend bang en voert het bevel uit. Nadat ze hun buit verzameld hebben, durven de indringers het aan om nog een feestje te bouwen in de keuken van de woning vooraleer te vertrekken.

Hier vindt u foto's van de woning zoals deze vandaag is en van de kamer met de schoorsteen, waar de familie zich bevond terwijl ze bedreigd werd. We danken de huidige eigenaars, dokter Jacques Dutrieu en Maryse Hallez voor hun medewerking.
P1010546.JPG P1010558.JPG maison dehaye today.JPG 4.jpg 3.jpg
21 Moneuse, de gedroomde schuldige
Nadat ze zich heeft weten los te maken, verwittigt mevrouw Delhaye de politie. Er start een onderzoek. Toch vallen er verschillende tegenstrijdigheden te merken in het verhaal. Ten eerste duurde het een week vooraleer rechter Harmegnies ter plaatse een kijkje gaat nemen. Alhoewel de gemeente-agent aan geen enkel onderzoek had meegewerkt, bezorgt hij de rechter drie bewijsstukken. Het gaat om een hoed, een lantaarn en een medaille met vreemde inscripties.

Volgens de legende had Moneuse altijd een loden medaille bij met het opschrift “calixtus pape”. Levert dit het ultieme bewijs van Moneuses schuld? Volgens sommigen werd de medaille van Moneuse dan weer teruggevonden bij de kapel van Cocars. Wie moeten we geloven? Het was sowieso wel algemeen geweten dat rechter Harmegnies komaf wil maken met Moneuse. Na zijn mislukte poging om Moneuse te veroordelen voor de slachtpartij van la Houlette, beschouwt hij het als een erezaak. Moneuse is op dat moment op de vlucht en er loopt een aanhoudingsbevel tegen hem...

Tijdens zijn proces in 1798 zou Moneuse als schuldige herkend worden van het misdrijf. De getuigenis van de dienster weegt uiteindelijk zwaarder door dan de medaille. Haar beschrijving van de overvallers zou geleken hebben op Moneuse... Man en vrouw Delhaye daarentegen hadden geen enkele van de beschuldigden kunnen herkennen.

Voor deze zaak en andere waarvan hij beschuldigd werd, gold de doodstraf.
1.jpg 0.jpg
62 meters hoogteverschil
  • Starthoogte : 45 m
  • Aankomsthoogte : 46 m
  • Maximale hoogte : 90 m
  • Minimale hoogte : 45 m
  • Totaal positief hoogteverschil : 62 m
  • Totaal negatief hoogteverschil : -61 m
  • Maximaal positief hoogteverschil : 19 m
  • Maximaal negatief hoogteverschil : -14 m