Heb je je nooit afgevraagd waar de naam van bepaalde straten in Mons vandaan komt? Ik ook! Ik ben dus op onderzoek gegaan. Er zijn verschillende, eveneens nieuwsgierige schrijvers die zich al vóór mij dezelfde vraag gesteld hebben. Ik heb voornamelijk ‘Les Rues de Mons’ van Charles Rousselle* geraadpleegd, een uitgave van 1882 (dat mag dan wel lang geleden zijn, maar de namen zijn weinig veranderd).
 
Van waar komen deze straatnamen? Een kleine bloemlezing ingedeeld volgens thema.

Dieren
 
Rue des Gades: dit is een van de oudste straten van de stad. In het dialect van de Borinage betekent ‘gade’ geit.
Geiten? In de stad? Welja, aan de voet van de kasteelhelling was er een plas waar geitenkudden kwamen drinken. De stad was nog niet zo ontwikkeld in die tijd en de dieren konden vrij ronddartelen …
Rue de la Biche: deze straat draagt al sinds 1650 de naam van het hôtel de la Biche, dat hier gevestigd was. Men zegt dat hier onlangs een hert gespot werd dat op zoek was naar zijn ree.
 

Oude ambachten
 

Rue de la Grande Triperie: nee hoor, dit heeft helemaal niets te zien met pens met saus! ‘Tripe’ was een soort ruwe wollen stof. Op de hoek van de rue de la Grande Triperie is de rue des Fripiers. De naam ‘fripier’ (= uitdrager) verwijst ook naar het feit dat de wijk gespecialiseerd was in textiel. Geen idee of het al dan niet toeval is, maar op de hoek van de kruising van de rue de la Grande Triperie en de rue des Fripiers is er een winkel van tweedehands kledij. We blijven dus bij het thema.
 
 
Rue des Archers, des Arquebusiers, des Arbalestiers, des Canonniers ... Persoonlijk heb ik veel moeite om al deze wapendragers te onderscheiden, ik heb er zelfs een nieuwe naam voor uitgevonden: de arquebulestriers. Nee, laten we ernstig blijven ...  deze namen verwijzen naar de stadswallen die tot het einde van de 19de eeuw rond Mons stonden. Daarna werden ze afgebroken. De namen zijn echter gebleven en herinneren eraan dat de stadswallen voornamelijk dienden om de stad te verdedigen. Hier werden de soldaten geplaatst die de stad veilig moesten houden.

Volkswijsheid

Rue Cronque: ‘cromb’ (combe of conque in het vrouwelijk) betekent in het dialect van de Borinage ‘scheef’ of ‘verkeerd’. De straat volgt inderdaad een zigzagpatroon. Dit smalle straatje was vroeger de verbinding tussen het gravenkasteel (dat er nu niet meer staat) en de Grand-Place. Een zinnetje in het lokale lingo: "Il a éncrongoyémé il avale drwo" (hij heeft een scheve nek, maar hij kan recht slikken).
 
Rue des Trois Boudins: deze straat lag dicht bij de kazerne van Traubourdin die er tot de 19de eeuw gestaan heeft. De inwoners van Mons houden nogal van bijnamen of naamsvervormingen, en kwamen al snel op de proppen met het volgende: de Traubourdin werd ‘TrauBoudain’ (trois boudins of drie worsten in het dialect van de Borinage). Het zal de inwoners van de échte rue des Trois-Boudins worst wezen ... Het is een welbekend feit dat je in Mons alleen meisjes vindt die ‘canon’ (of knap) zijn (zie ook de rue des Canonniers) …
 
In een volgende post komen andere straten aan de beurt.
Wil je graag weten waar de naam van aan straat vandaan komt? Stel je vraag hier!
 

Reacties

Plain text

  • Geen HTML toegestaan.
  • E-mail- en internetadressen worden automatisch aanklikbaar.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.